honden

Na een gelukte dekking zal de teef drachtig worden. Gemiddeld duurt een dracht bij honden ongeveer 64 dagen, maar bij een bouvier kan dit wel 85 dagen zijn. Wanneer de teef een groot nest draagt kan de geboorte enkele dagen eerder plaatsvinden, maar bij een kleine worp kan de geboorte enkele dagen later plaatsvinden. De puppy's zijn de eerste tien dagen nog blind. De teef zal haar puppy's ongeveer drie weken lang zogen. Daarna kunnen de puppy's overgaan op puppyvoeding.en na vijf tot zeven weken zijn ze volledig gespeend.[

 

Een hond kan met goede verzorging 15 jaar oud worden. Rashonden worden vaak gemiddeld iets minder oud dan bastaards. Ook zeer grote rassen leven gemiddeld wat korter.

De verschillende rassen van honden zijn in het verleden door strenge selectie ontstaan. Fenotypische kenmerken, zoals bijvoorbeeld vachtkleur, zijn bij honden vaak op recessieve genen gecodeerd. Om een stabiele vachtkleur van een ras te verkrijgen, was het dus nodig nauw verwante honden met elkaar te kruisen. Dit heeft de kans op genetisch overgedragen ziektes verhoogd; honden die hieraan lijden moeten uit de fokkerij geweerd worden, maar dit gebeurde niet altijd, zodat hun genetische schade zich kon verspreiden.

Tegenwoordig tracht men genetische ziekten te beperken door gericht te fokken en door aangetaste dieren uit de fokkerij te weren, maar bij sommige ziekten is dat moeilijk. Voor bepaalde rassen is het verplicht fokdieren op genetische ziekten te laten testen. Een voorbeeld hiervan is heupdysplasie. Ook stamboomonderzoek en berekening van inteeltfactoren worden tegenwoordig gebruikt om het risico op overdracht van genetische ziekten zo laag mogelijk te houden.

Honden hebben een eigen lichaamstaal en gebruiken deze zowel voor communicatie met andere honden als met de mens. Bij een confrontatie met andere dieren kan de hond op verschillende manieren reageren, zoals nieuwsgierigheid, angst of agressiviteit

 

Honden communiceren met mensen via blaffen en grommen. Grommen komt in het wild ook voor bij wilde dieren vooral bij hondachtigen zoals wolven en bij vossen. Dit systeem is bedoeld om zichzelf te beschermen tegen (mogelijke) gevaren en situaties die dreigend overkomen. Uit recentelijk onderzoek is gebleken dat honden het systeem van blaffen waarschijnlijk hebben ontwikkeld om zo met de mens te kunnen communiceren. De wolf, waarvan de hond afstamt, blaft niet. Wolven huilen en grommen alleen. Uit dit onderzoek is ook gebleken dat mensen dit systeem meestal ook begrijpen. Er zijn verschillende blaffen voor iedere soort situatie. Zo heeft de hond een blaf voor als zijn of haar baas weer thuis komt; vrolijk dus. Een blaf voor als de hond aan het spelen is, als er iemand inbreekt of als hij iemand echt aanvalt.

Omdat er zoveel verschillende hondenrassen bestaan, is er geen echte algemene opvoeding voor iedere hond. Wel zijn er algemene regels die altijd in acht moeten worden genomen.

  • Het is sterk aan te raden om met de puppy vanaf de leeftijd van 8 weken naar een hondenschool te gaan. Ook als er een oudere hond in huis genomen wordt die nog veel bij te leren heeft, kan de hondenschool de opvoeding sterk verbeteren.
  • Bij de kennismaking met andere huisdieren mag niets geforceerd worden. Breng de nieuwe huisgenoot bij de andere, geef hen even de tijd om elkaar te besnuffelen, maar grijp pas in zodra duidelijk wordt dat het niet klikt. Men kan dan eventueel de dieren een tijdje apart zetten en het daarna opnieuw proberen.
  • Wanneer men een hond op straat wil aaien, vraag dan eerst toestemming aan de baas. Ga dan niet met de vlakke hand rechtstreeks naar het hoofd. Kom van onder de kin van de hond met de rug van de hand naar boven gericht, laat de hond even aan de hand ruiken en aai dan pas de hond. Wanneer men direct met de hand over de ogen van de hond zwaait, is er kans dat de hond zich bedreigd gaat voelen, met mogelijke gevolgen van dien.
  • Zorg ervoor dat de hond de basis-bevelen kent: zit, lig, kom en blijf. Zo wordt  bereikt dat de hond in alle mogelijke situaties geen bedreiging vormt voor wie dan ook, en dat er zich ook voor hem geen bedreiging kan voordoen.